donderdag 13 december 2012

Waarnemen

Helder is hoe woorden tekort schieten, of veel te veel zeggen over "dat wat niet benoemd kan worden".

En toch kan het nuttig blijken om taal te gebruiken om woorden te vormen om bijvoorbeeld zo te proberen te beschrijven wat Verlichting of Zelfrealisatie nu eigenlijk is. En bovenal wat het nou juist niet is.

Alleen het woord Verlichting al, of Zelfrealisatie. Elke keer als ik ze gebruik wordt er opgemerkt dat ik er eigenlijk een hekel aan heb. En zo kan ik nog wel wat woorden bedenken waar ik eigenlijk niks mee heb.

Maar woorden zijn in zichzelf natuurlijk nooit irritant.
Slechts letters die een woord vormen en woorden die zinnen vormen.
De letters, woorden en zinnen betekenen zonder interpretatie niet-iets.

Iedereen heeft zo zijn of haar eigen manier van denken en woordgebruik. Het denken is beperkt. Het kan het Geheel niet Zien of overzien.
Bewust, maar nog meer onbewust, selecteren en interpreteren we dat wat zich via de zintuigen elk moment lijkt voor te doen.

Afhankelijk van jouw programmering ruik, zie, hoor, proef en voel je wat je denkt te ruiken, te zien, te horen, te proeven en te voelen.
Dat de zintuigen je wel eens helemaal voor de gek kunnen houden komt misschien niet eens bij je op.
Via de zintuigen lijk je bijvoorbeeld een wereld buiten jezelf waar te nemen.
Dit heb je ook zo geleerd.

Conditionering, mentale- en gedrags-beïnvloeding door systematische inprogrammering met bepaalde informatie, veroorzaakt ook je manier van denken en als gevolg daarvan je manier van praten en woordgebruik.
Bij deconditionering vervang je het ene programma door de andere.

Alles wat we in ons leven leren is deze programmering.

Alle gedachten die zich voor lijken te doen zijn het gevolg van conditionering door je ouders/opvoeders, vriendenkring, school, werk, clubs, verenigingen, kerk, "spirituele" leraren en boeken.

Het spreekt dan voor zich dat je de wereld enkel ziet door je eigen "gekleurde" en zeer nauwe bril. Je ziet dus maar een deel. En wat je ziet, of meent te zien, wordt direct, veelal onbewust, verwerkt door je hersenen.

Middels gedachten wordt alles wat je meent waar te nemen gefilterd, gewogen, gekeurd, geïnterpreteerd en verwerkt.
En dan nog wel op die manier dat jij er mee uit de voeten kunt. Iets wat niet in jouw wereldbeeld past wordt meestal niet opgemerkt, of gelijk ter zijde geschoven.
Het enige wat het denkbeeldige "ik" wil is zichzelf in stand houden.

Stel dat er inderdaad een wereld buiten jou bestaat. Een wereld met andere mensen en allerhande objecten.
Wie of wat denk je dan dat je ziet als je bijvoorbeeld de buurman ziet?
Zie je de buurman? Wat zie je dan eigenlijk?
Of zie en ervaar je jouw volledig geconditioneerde denkbeeld over de buurman?

En zie je werkelijk een ander?
Of zie je slechts jouw beeld, het geheel aan indrukken, ervaringen en interpretaties, dat zich via jouw zintuigen, met betrekking tot "de ander", aan jouw voor lijkt te doen?

Kun je met alle zekerheid zeggen dat je überhaupt iemand of iets anders dan een volledig geconditioneerd en uit denkbeelden bestaand zelf ervaart?

Om waar te nemen is er een waarnemer nodig.
Wie neemt er behalve het denkbeeldige zelf dan eigenlijk waar?
That's the question.

Waarnemen is selecteren, dus selectief.

Zien
Is
Zijn
Is
Niet-Iets 

En daar komt het denkbeeldige "ik" niet meer in voor.